Eurosonic Noorderslag Donderdag Napret

Het regent nog steeds in Groningen. Sterker nog, het giet. En in Pension WeedeBee, waar File Under overnacht, is het binnen gezellig. 3voor12 is aanwezig voor een sfeerimpressie, de koffie is bruin, het eten lekker en het bier koud. Toch trotseren we de regen. Er moeten immers bandjes bekeken worden en nieuwe hypes worden ontdekt! Opener van de dag is The Vegetable Orchestra. En ja, dat klinkt precies zoals het is! Het is een Oostenrijks – Oostenrijk is het Eurosonic-focusland dit jaar – orkest dat muziek maakt met groente. Een aubergine blijkt een puik percussie-instrument en op een wortel kun je goed fluiten. En dat maakt zelfs dansbare muziek! Lijkt zonde van al dat eten, maar normaliter kookt de band tijdens het optreden soep van de gebruikte instrumenten. Dat is in verband met de tijd nu niet mogelijk, maar iedereen mag zijn groente/instrumenten uitzoeken en meenemen naar huis om het daar verder te verwerken. Voor de duur van het optreden was het geinig, maar uiteindelijk is The Vegetable Orchestra toch vooral een gimmick. Het Duitse Exclusive is dat niet, maar weet op andere fronten nog niet te beklijven. De in het Duits gezongen indiepop is gedrenkt in elektronica. Wat heet, het geluid verzuipt er zowat in en daar helpt het belabberde geluid in de Muziekschool ook niet aan mee.
The Vegetable Orchestra


mij=Door: Gr.R. Foto’s: Storm
Sumie heeft daar ook last van, dat ze verzuipt, maar dat is in het geluid van de soundcheck van de grote zaal van het Grand Theater. Sumie, officieel Sandra Sumie Nagano, uit Gothenburg, Zweden, is half Zweeds, half Japans. Haar zus zingt in Little Dragon. Sumie is muziek gaan maken nadat ze moeder is geworden. Ze maakt hele mooie breekbare liedjes, die ze in haar eentje brengt in de bovenzaal van het Grand Theater. Verlegen probeert ze de stemming erin te houden, maar binnenkomende en vertrekkende mensen in de zaal en de soundcheckende drummer in de grote zaal zorgen ervoor dat het optreden net niet van de grond komt. Sumie staat duideijk in de verkeerde zaal op het verkeerde tijdstip. De AA-kerk was wellicht beter geweest.
Sumie
Sex Jam heeft geen last van overspraak. Ten eerste speelt er in de directe omgeving van Vera niet veel en ten tweede blert Katarina Trenk er goed hard overheen. “Play and destroy” schreeuwt Katarina en zo klinkt het ook. Overstuurde vocalen, beukende drums en gillende gitaren. Ze kennen hun rock’n roll-clichés. Volgens de programmagids hebben ze een dromerige kant, maar die hebben wij niet gehoord. Leuke band voor als uw festival even inkakt!
Sex Jams
Daar kun je NONONO ook voor kunnen gebruiken. Want aan NONONO zit ook weinig subtiels. Ze zijn met hun hitje “Pumping Blood” bekend van de reclame, maar het nummer valt amper op in de elektronische brij. Er staat een gitarist op het podium, maar die hoor je bijna niet. Zangeres Stina Wäppling doet haar best, maar het optreden gaat vooral aan eentonigheid ten onder.
NoNoNo
Achttien is Callum Burrows nog maar, maar hij timmert al aardig aan de weg. Met zijn band Saint Raymond is hij reeds opgepikt door BBC Radio 1 en mag hij op tournee met de dames van Haim, die erg groot zijn in het Verenigd Koninkrijk. Zijn elektronische indiepop zit ook degelijk in elkaar, maar is nog niet helemaal origineel. Hier wat Dutch Uncles, daar wat Alt-J en vooral veel Vampire Weekend. De dames in het publiek zijn er wel van onder de indruk.
Saint Raymond
In de Beurs staan de dames op het podium, in de vorm van Tiger Bell. ‘Cheerleader punk’ maken ze naar eigen zeggen en daar is geen woord van gelopen. Aftikken, drie akkoorden en gaan. Alle dames kunnen zingen dus de koortjes zijn niet van de lucht. Leadgitariste Lotta Wennström – volgens fotograaf Storm heeft ze een Dave Mustaine-look, al zie ik Mustaine nog geen zijden bloesje dragen – is een verdomd goede gitariste en bassiste Canan Rosén heeft aan één podium amper genoeg. Het is allemaal vederlicht, maar de band heeft de juiste attitude. Het is een bijzonder fijn optreden.
Tiger Bell
Eurosonic heet het festival hier in Groningen, maar het is het niet het enige festival in de stad. Freesonic, Altersonic, Subsonic, verzin een sonic en het is hier. Zoals ook Grunnsonic, waar het Groningse Swinder staat. Bas Schröder, geboren en getogen in “Stad” besloot een tijdje geleden dat het tijd werd om in het Gronings te gaan zingen, kocht een Gronings woordenboek en dat bleek een succes. RTV Groningen pikte het hitje “Annemarie” al op en “Noar Stad” is elders ook al een hit. De associatie met Drent Daniël Lohues is snel gemaakt en het misstaat Swinder niet. Helaas staat er in Buckshot een publiek dat zijn aandacht niet bij de band heeft en zelfs de aankondiging “dit is een ballad, dus allemaal even je bek houden” wordt volkomen genegeerd. Jammer, het zit een goed optreden in de weg.
Swinder
In de Beurs is het podium wederom voor de vrouwen, maar nu zijn het hele jonge vrouwen. De Deense meisjes van Baby in Vain zijn amper meerderjarig, maar ze kennen hun stoner- en grungegeschiedenis tot in de puntjes. Ze zijn in korte tijd al behoorlijk professioneel geworden en in niets herinneren ze aan de verlegen meisjes die op Nordic Delight stonden. Wederom een goed optreden.
Baby in Vain
Boven in Shadrak staat de tijd even stil. De programmagids mijdt het woord sympho en/of progrock in de beschrijving, maar veel meer sympho gaat het niet worden. Okta Logue is meer Pink Floyd dan Steven Wilson in zijn hoogtijdagen en ze kennen het oeuvre tot in de puntjes. Zoals het hoort in het genre van de (neo)prog, is de zang niet al te best, maar compenseren ze dat met langere solo’s. Na alle punkgeweld is dit wel even heel erg fijn en er blijken toch stiekem een hoop symphofans op Eurosonic te wezen, want het best vol in Shadrak.
Okta Logue
In de benedenzaal van Shadrak gaat het vervolgens weer van “van dik hout zaagt men planken” met het Servische Repetitor. Een ongewone bezetting, de drummer en bassist zijn van vrouwelijke kunne en de zanger/gitarist is een lange slungel die zijn teksten het publiek in gilt. Het maximale geluidslevel in 102 dB, maar Bir Vlastelica kondigt al rap aan dat de 103 dB ook gehaald moet kunnen worden. De band is groot in Servië, en met de werkhouding van Repetitor moet dat hier ook lukken. In punkstad Groningen zijn ze al plaatselijk beroemd. We brullen immers allemaal makkelijk Servisch mee! Tot slot laat het Ierse Kid Karate horen dat zijn bandbezetting ‘drummer en gitarist’ allerminst origineel is en muzikaal al helemaal niet. Het is niet slecht, maar er blijft geen nummer hangen. Ondertussen is het droog geworden in Groningen. Tijd om naar Pension WeedeBee te lopen.
Repetitor

4 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven