John Grant

De setting van de hal van het Arena Hotel in Amsterdam zou zich goed lenen voor een extra scene in Holy Motors, de vervreemdende film-trip van Leos Carax. Een rechthoekige ruimte met als centerpunt een robuuste donkerhouten trap waar zich een paar onhandig geplaatste kleine tête-a-tête zitplaatsen met salontafel bevinden. De omringende muren zijn voorzien van deuren waar vanuit regelmatig een in zwarte bedrijfskleding gehuld personeelslid verschijnt, om zich nerveus diagonaal door de hal te haasten en vervolgens in een andere deuropening weer te verdwijnen. Op de achtergrond sijpelt wat nietszeggende middle-of-the-road muziek uit de geluidsinstallatie van het Hotel. Acteur Denis Lavent – of moet ik monsieur Oscar zeggen? – zou zich voor deze scene vermomd kunnen hebben met een wollen muts, muzikantenbaard en een Scandinavische trui waar Sarah Lund jaloers op zou zijn. Een scene waarbij deze hal slechts bevolkt wordt door twee veertigers: een Nederlandse muziekliefhebber die als hobby af en toe interviews afneemt voor een weblog en een in Reykjavik woonachtige Amerikaanse singer-songwriter die zojuist de laatste hand heeft gelegd aan zijn tweede solo-album. Een spontane omhelzing verraadt dat ze elkaar wel eens eerder hebben gesproken.
John Grant


mij=Interview: André
'Nijmweechen,' probeert John Grant in zijn beste Nederlands. En eerlijk is eerlijk, zijn uitspraak komt aardig goed in de buurt. 'Dat is inderdaad al een tijdje geleden.' Het moet 2011 geweest zijn. Na het optreden in Merleyn had ik hem nog even gesproken. Niet voor een interview. Dat was het jaar daarvoor in de kelderbar van Paradiso. Is er een hoop gebeurd sindsdien? 'Ja. Hoewel. Niet echt heel erg veel. Niet meer dan een nieuwe plaat.' En een nieuwe woonplaats, toch? 'Jazeker. IJsland. Ik vind het geweldig om daar te wonen.' John ging er begin vorig jaar heen om enkele opnames te maken met Biggi Veira van Gus Gus, een naam die reeds in het vorige interview viel toen ik hem vroeg naar zijn favoriete albums van dat moment. 'En toen had ik hem nog niet eens ontmoet. Hij kende me volgens mij nog niet van voor Queen of Denmark. Hij dacht dat een samenwerking wel interessant zou zijn. Nadat we begin vorig jaar in die eerste week “Pale Green Ghosts” en “Blackbelt” hadden opgenomen, wisten we dat we het gehele album samen zouden moeten doen. Dus toen ben ik gewoon gebleven en ging ik niet terug naar Texas, wat aanvankelijk wel de bedoeling was. Ik kon die kans niet laten schieten. Wie weet komt die nooit meer.'
Gedurende de opnames werd John verliefd op IJsland. De mensen, het landschap en uiteraard – John is een notoire taalfetisjist – de IJslandse taal. Een taal met veel lange woorden, een paar vreemde leestekens en het gebruik van de dubbele “ll”, waardoor wereldwijd menig nieuwslezer zijn tong brak over het uitspreken van de naam van die ene vulkaan. Ik krijg spontaan een lesje IJslands voor beginners: 'En eigenlijk is dat woord niet eens zo moeilijk, niet eens zo lang. Je moet het gewoon opdelen in stukken: Eyja – fjalla – jökull. En jökull betekent gletsjer.” Hiermee krijg ik zomaar een handig bruggetje in mijn schoot geworpen. De afsluiter op het nieuwe album heeft namelijk als titel “Glacier”. Wat me aan de tekst van het nummer opvalt, is dat waar John normaal gesproken verhaalt over innerlijke strijd en onderlinge relaties hij zich hier voor het eerst direct naar de luisteraar richt. Alsof hij, naar mijn weten voor het eerst, echt een boodschap mee wil geven. 'Dat is waar. Ik kan het niet anders zeggen. Er zit veel woede in die song. Ik wilde de mensen die worstelen met dezelfde issues waarmee ik geworsteld heb, meegeven dat ze zich niet te veel van anderen moeten aantrekken. De dingen op hun eigen houtje uitzoeken. Want niemand kan je vertellen wat je moet doen. Gewoon niet opgeven.' John lijkt een bewust gekozen stilte te laten vallen om de volgende woorden extra kracht mee te geven: 'Geef niet op door zelfmoord te plegen.'
John Grant
Ook in muzikaal opzicht worden er op Pale Green Ghosts andere keuzes gemaakt. Want hoewel John altijd al aangaf een liefhebber te zijn van elektronische muziek, kwam dat vooralsnog alleen sporadisch in wat nummers van The Czars en bonustracks naar voren. Nu is die invloed, uiteraard mede door de samenwerking met Biggi Veira, nadrukkelijk aanwezig. 'Zoals je weet wilde ik dat altijd al doen. Het was er nooit de juiste tijd voor, maar met dit album was de tijd er rijp voor en moest ik het gewoon doen. Ik zal het waarschijnlijk ook altijd blijven doen. Op zoek naar elektronische geluiden, omdat ik er helemaal weg van ben.' Bij zo'n stap komt altijd het risico om de hoek kijken dat je de huidige fans van het wat meer classic 70's gerichte Queen of Denmark tegen het harnas te jagen. 'Die angst is er wel, maar ik kan me daar niet echt zorgen om maken. Je kunt geen albums baseren op wat anderen zullen denken. Er zal altijd een helft zijn die het niet kunnen waarderen, maar er is ook die andere helft. Je kunt niet iedereen voor je winnen, dus kun je maar beter doen wat je zelf wilt.'
Een van de keuzes was het opnieuw opnemen van “You Don't Have To”. Oorspronkelijk opgenomen voor Queen of Denmark als een duet met Anna-Lynne Williams (Lotte Kestner, Trespassers William). Een samenwerking waar ik om persoonlijke redenen nogal wat waarde aan hecht. Het nummer staat in een meer synthesizer gericht arrangement zonder Anna-Lynne op het nieuwe album. Wat was er verkeerd aan het origineel? 'De song werkte gewoon niet. Ik vond wat Anna-Lynne had gedaan heel erg mooi. Zij was het probleem niet. Ik had het zo graag op het vorige album gezet, maar was er niet tevreden over. Maar ik ben erg blij met hoe het nu klinkt. Heel weelderig. Het is een van de bridge-songs. Een brug van het akoestische werk naar het elektronische werk. Net als “Why Don't You Love Me Anymore?”. De overgang tussen extremen. Daarnaast is er ook een stijlsprong van “Ernest Borgnine” naar “I Hate This Town”. Omdat dat soms ook moet worden gedaan.'
“Ernest Borgnine” brengt ons op een van de dingen die de afgelopen periode wel degelijk gebeurd zijn in het leven van John. Vorig jaar werd hij HIV-positief bevonden. 'Natuurlijk ga ik daarover praten. Zo zit ik in elkaar. Om ermee te dealen. In de coupletten probeer ik erover te praten, mezelf de situatie waarin ik terecht gekomen ben te vergeven. En in de refreinen gaat het over dit weer proberen te ontvluchten in films. Dat is, denk ik, een groot deel van Amerikaan zijn. Een groot deel van mijn opvoeding. Ik neig altijd te toevlucht te zoeken in films. Een absurd nummer. De absurditeit om Ernest Borgnine te vragen wat hij zou doen in mijn situatie.' Volgens mij kennen we hem hier vooral als de acteur die Dominic speelde in de Airwolf serie. Waarmee we hem meteen te kort doen, want hij speelde onder andere mooie rollen in The Dirty Dozen, The Wild Bunch en The Poseidon Adventure. Maar waarom hij? 'Omdat het een van mijn favoriete personen is. Een van mijn favoriete acteurs. Ik refereer nu eenmaal graag naar dingen waar ik van hou. Dat was mijn manier om dat te doen. Daarom gebruikte ik zijn naam hiervoor.'
John Grant
Verder komen we ook als film-referenties Richard Burton en Woody Allen tegen. John zou maar wat graag een filmsoundtrack willen maken. 'Het lijkt me heel eng, maar ik moet dat gewoon een keer doen. Ik hoop ook dat een van de songs voor een film wordt gebruikt. Misschien “Pale Green Ghost” als instrumentaal of zo. Hoe dan ook zou ik dat erg cool vinden.' Nog een specifieke voorkeur voor een genre? 'Ik hou van horrorfilms. En dan bedoel ik geen torture-porn zoals Hostel of Saw. Een van mijn favoriete horror soundtracks is die van Seven door Howard Shore. Recentelijk was er een collectie van John Carpenter covers door Zombie Zombie. Erg mooi.' John gaat even helemaal los over de met synthesizers overladen soundtracks van John Carpenter wat leidt tot een discussie wat nu precies de beste Halloween film is. John houdt het op deeltje 3, Season Of The Witch, opvallend genoeg het enige deel zonder Michael Meyers en daarom het grootste buitenbeentje van de serie.
Ik probeer naast John mezelf weer even bij de les te trekken door te vragen naar de plannen voor de live-shows. Door de meer elektronische sound ten opzichte van het vorige album, zit er een aardige uitdaging in het zoeken naar de juiste balans. 'Ik kan me herinneren dat ik bij een Goldfrapp concert was en ze “Caravan Girl” deden na “Strict Machine”. Dat werkte helemaal niet.” Oeps… Goldfrapp… Laat ik voor de volledigheid maar even melden dat we het hebben over mijn absoluut favoriete band. Al spelen ze alle nummers in een verkeerde volgorde, heb ik nog steeds een fantastische avond gehad. 'Oh, maar ik ook hoor. Ik ben ook een enorme fan.' Ik dacht het al terug te kunnen horen in een aantal nummers op Pale Green Ghosts. 'Dat is voor mij een compliment. Het tweede album van ze, Black Cherry, was zo ongeveer mijn inspiratie. Die eerste paar nummers, zoals “Train” en “Crystalline Green”, zijn echt een paar van de beste nummers ooit.' Wow. Ik kan daar alleen maar mee instemmen. 'Maar er waren toch veel fans van hun eerste album die het destijds niet mooi vonden. Dat was dus de inspiratie voor mij om te doen wat ik wilde. Ik vond het geweldig wat ze toen deden, dus zijn er vast mensen die het ook fantastisch vinden als ik dat juist wel doe. Ze veranderen continue maar ik vind dat ze altijd briljante albums uitbrengen.'
John Grant
John is ook erg onder de indruk van de visuele kant van Goldfrapp. Het artwork en de uitbundige outfits bij de shows. Zou hij zelf ook in speciaal voor de shows ontworpen outfits willen optreden? Blijkbaar raak ik een gevoelige snaar, getuige het licht geïrriteerde antwoord: 'Yeah. Maar ik heb er nooit “fucking money” voor! En ik weet ook niet waar ik ze vandaan moet halen. Ik heb hulp nodig voor die “shit”. Niemand helpt me met dat soort dingen. Ik moet het maar zelf uitzoeken. Als ik erom vraag, gaan ze met me naar de H&M om een pak te kopen. De pakken die ik wil, zijn er niet! Ze zouden voor me moeten worden gemaakt! In de kleuren die ik wil!' Zelfs het passerende personeelslid lijkt te zijn geschrokken en aarzelt even in haar diagonale gang door de hal. John gaat er eens even goed voor zitten om zijn ideale outfit te omschrijven. 'Ik wil interessante patronen. Bijzondere ontwerpen. Ik wil graag een uil, een prachtig geborduurde uil. Mooie stiksels in verschillende kleuren. Bijvoorbeeld een donkerblauw pak met “pale green” stiksels aan de rand. Klassieke kleding, maar dan met mijn persoonlijke stempel. Die pakken bestaan gewoon niet en ik heb er helaas geen geld voor. Weet je, als ik kijk waar iemand als Björk mee komt als ze een nieuw album uitbrengt. Het artwork, de outfits, de video's, alles. Zo overweldigend dat je bijna zou stoppen met muziek maken. Het probleem is dat ik misschien wel genoeg geld verdien met dit album om die outfits te kopen voor een volgende tour. Maar daar heb ik niks aan. Ik heb die outfits nu nodig, voor deze tour.' Misschien is het een idee om contact te zoeken met talentvolle, opkomende ontwerpers met nog minder geld die ook wel wat publiciteit kunnen gebruiken? 'Ze moeten vast ergens te vinden zijn. Er zijn genoeg talentvolle mensen op IJsland.' Dus we kunnen alvast uitkijken naar John Grant in een donkerblauw pak met groene stiksels en een uil als hij in ons land het podium bij Motel Mozaïque of Paradiso betreedt? 'Ik kan het altijd proberen…'

4 reacties

  1. Ludo

    mooi! ik schrok toch wel even bij dat ene feitje, wist het nog niet.
    we leven niet meer in de early nineties gelukkig.
    Grant zal bij Borgnine vast ook denken aan zijn rol als Marty, de verlegen bachelor uit de gelijknamige Oscar-winnende film.
    Borgnine deed trouwens ook nog mee in een memorabel bijrolletje in Escape From New York, van Carpenter. Daar speelt ie een taxichauffeur

  2. Henry

    mooi! ik schrok toch wel even bij dat ene feitje, wist het nog niet.
    we leven niet meer in de early nineties gelukkig.
    Grant zal bij Borgnine vast ook denken aan zijn rol als Marty, de verlegen bachelor uit de gelijknamige Oscar-winnende film.
    Borgnine deed trouwens ook nog mee in een memorabel bijrolletje in Escape From New York, van Carpenter. Daar speelt ie een taxichauffeur
    Goed stuk zeg! Petje af Andre. Ik ga gelijk de muziek van deze gast eens checken. Ik hoop dat hij zijn uilenpak krijgt.

Laat een antwoord achter aan Anoniem Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven