Retro Retry – Evol Live

Ooit was er een tijd dat je voor Fl 10,- een band van naam kon gaan bekijken in de clubscene. Nu raken we er maar niet aan gewend dat het florijnteken op zijn minst vervangen is door het Euroteken en zien met lede ogen aan dat ons massale downloaden rücksichtslos wordt doorberekend in de toegangsprijzen. Toch zijn er mensen die geen genoegen nemen met deze keiharde economische logica en met tegendraadse alternatieven komen.
retro1.jpg


mij=Door GvA; Plaatjes: Knut Orvic
Hun namen blijven in pseudoniemen gehuld, maar enig speurwerk en via via informatievergaring leert dat de heren Fred Bitches, Biff Eighties en Stanley Disko verbonden zijn met undergroundlabels en magazines als Narrominded en That Dam! Deze do-it-yourself instanties hebben de handen ineengeslagen en het alternatief dat wordt geleverd is alleszins de moeite waard. Het motto luidt: 'The past sucked. The future sucks. It's time to retry everything'. Onder de noemer van Retro Retry hebben ze tien underground gitaarbands bijeengezocht om het album Evol (1986) van Sonic Youth integraal te coveren, zowel op CD (waarbij ook de albumcover prachtig 'gecoverd' is door Knut Orvic) als live in Zaal 100. De CD is bijgesloten bij de tiende editie van That Dam! Magazine, dat speciaal gewijd is aan coveren en bijdragen bevat van Menno Pot, Sietse Meijer en Adriaan Jaeggi. Blad, CD en liveconcert in Zaal 100 gaan voor het tegennatuurlijke bedrag van EUR 10,- over de toonbank. Onttrekking aan de ontgrenzende economie blijkt op plaatsen dus nog mogelijk te zijn.
De keuze voor het fossiele maar altijd nog relevante Sonic Youth ligt volstrekt voor de hand. Niet alleen is de New Yorkse band natuurlijk al decennia het toonbeeld van tegendraadsheid, maar ook leent het zeer veelzijdige oeuvre zich uitstekend voor verdere uitwerkingen en experimenten. Zaal 100 is daarbij de gematerialiseerde underground, een donkere bedoening met een onverhoogd podium waar Leger des Heils vloerkleedjes op liggen. Om de uitvoering van de tien nummers van Evol door tien bands zo gladjes mogelijk te laten verlopen is er een dubbele back-up opgesteld, zodat tijdens het optreden van de ene band de volgende al kan opbouwen (de zogenaamde 'krawattenclubmethode'). Na veel te lange voorprogramma's van de instrumentale trashband Fine China Superbone en de Eindhovense stonerrockformatie Gifkip klinken uit de versterkers van de laatste band eindelijk de bekende tonen van “Tom Violence”. Ondanks het hinderlijke feit dat zanger Jorg halverwege het nummer zich doodleuk in het publiek voegt om naar zijn eigen optreden te kijken, een goed gekopieerde retry. De uitvoering van “Shadow of a Doubt” door het Bosnische Makazoruki is gewaagder van insteek doordat de intrigerende zanger Skušo de zanglijn van Kim Gordon voor zijn rekening neemt. Het effect is verrassend: zo klinkt “Shadow” dus uit de mond van een Slavische quasi-Lee Ranaldo. Het poppy “Starpower” door Petrified Host valt in dezelfde categorie met dien verstande dat Biff Eighties himself Gordons zangmelodie een octaaf lager zingt. Het extreem experimentele “In the kingdom #19” wordt qua ondoorgrondelijkheid moeiteloos overtroffen door de samplemix van The Hitmachine: nu is er werkelijk niets meer van het nummer te maken. Pfaff maakt gebruikt van twee drummers. De dubbele backline is dus niets nieuws voor hen. Helaas is het geluid dat ze produceren erbarmelijk en blijft van “Green Light” niets over dan een helse beproeving die tweeënhalve minuut moet worden verdragen. Het instrumentale “Death to our friends” is voor de trashjongens van Fine China Superbone, die momenteel zonder zanger zitten. Een kleine afvaardiging van het snel groeiende Blues Brother Castro brengt een intieme versie van “Secret Girl”, een dankbaar rustpunt in de set. Zanger Razorblade Jr. van Gone Bald – de andere (deels) Balkanformatie van vanavond – noemt ons allemaal 'fuckin' losers' en geeft ons vervolgens een hoogstpersoonlijk enkeltje “Expressway to his skull” met veel rondzwaaiende haren en gitaren. Maar dan wel gecontroleerd en behoedzaam, zodat niets kapotgeslagen wordt. Nog niet wellicht, want als uitkomt waarop in de recensies van hun laatst uitgebrachte CD Exotic Klaustrofobia optimistisch geanticipeerd wordt, dan kan er misschien een gitarenpotje vrijgemaakt worden. Afsluiter “Bubblegum” leent zich uitstekend voor een “We are the world” setting met zangers, gitaristen en toetsenisten van alle bands op het podium en blijkt aanstekelijk genoeg voor een kleine pogopit.
retro2.jpg
Een vriend vindt het jammer dat de covers voornamelijk beperkt blijven tot trashvarianten en dus dicht bij het origineel blijven staan, ondanks de vernuftig uit de versterkers getrokken gitaarnoise. Ik geef hem gelijk. Een unpluggedversie van “Expressway” had bijvoorbeeld niet misstaan. Maar wat een fijn initiatief. Dit mag beslist herhaald worden. Met een ander album natuurlijk en misschien iets gevarieerder. Parallel lines on a slow decline misschien?

Een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven