Boutros Bubba / My Vanity Project

Boutros Bubba - National AnthemsEen plaat die uitgebracht wordt als een samenwerkingsverband tussen platenlabels Narrominded en Momi-recordings, dat moét wel een bak herrie opleveren die de nekharen van de buren tot twee straten verderop rechtovereind doet staan als ik het volume eens flink opschroef. Die veronderstelling blijkt een geheel juiste te zijn. Het doet me deugd om mevrouw Storm ‘Wat is dat voor herrie’ naar boven te horen roepen als ik Boutros Bubba‘s National Anthems op het enige juiste volume afspeel: luid! Ik denk dan: ‘Missie geslaagd’. Het openingsnummer “Chew” windt er gelijk al geen gelijk doekjes om, over wat je de komende zevenendertig minuten staat te wachten, Boutros Bubba valt gelijk met de deur in huis. In dit geval bestaat die deur uit messcherpe bokkende gitaarriffs gecombineerd met soms hoekige, maar ook rustig rollende drum- en baspatronen die samen maar een doel lijken te hebben: wanorde scheppen in jouw vaste kaders. Want, en dat lijkt me logisch, het huis staat ook schots en scheef en zit vol rare hoeken en gaten en dreigt in te storten. Die bas is overigens nieuw, op de briljant getitelde EP Hearing Voicst In a Beer Commercial Makes Me Wanna Get Drunk was Boutros Bubba nog een drum/gitaar-duo. Die toevoeging maakt dat Boutros Bubba nog beter in staat is hun doel te bereiken.
My Vanity Project - A Father a Son and an IdiotEven dacht ik bij het beluisteren dat My Vanity Project‘s cd A Father, A Son And An Idiot hetzelfde doel nastreefde als Boutros Bubba. Maar deze Amsterdammers zetten gelukkig(eh?) de noisy opener “Cup My Hands” al snel koers een meer melodieuzere kant op. Althans, in vergelijking tot wat Boutros me zojuist voorgeschoteld heeft. My Vanity Project wordt gevormd door twee in Nederland verzeild geraakte Britten (Karl Griffiths, gitaar/zang en Matt Cotton, drums) die opgestuwd worden in de vaart der volkeren door de oer-Friese bassist Joep Rutten, oorspronkelijk gewoon afkomstig uit het gehucht IJsbrechtum. Maar daar voel je niets van, gelukkig. Het is wel Rutten’s bas die steeds weer duidelijk richting geeft aan de tracks. Dat kan de ene keer zijn richting New York om wat Interpol-onderzoek te doen, maar als hij My Vanity Project op jacht stuurt, dan grijpen ze eerder terug richting Pixies en ook Hüsker Dü, alhoewel ik in “The Sidekick” ook ‘gewoon’ een dikke Voicst-referentie terug hoor. Maar dat geeft niet, want juist door de afwisseling en de stuk voor stuk lekker strak ingespeelde nummers blijft deze band toch redelijk gemakkelijk overeind na de overdonderende noisefontein van Boutros Bubba. En dat was geen gemakkelijke opgave.


mij=Narrominded / MOMI / Whosbrain & BSR

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven