Elle Bandita

Elle Bandita is terug op de Nederlandse podia. En ze heeft deze keer een band om zich heen verzameld die precies weet hoe je moet rocken.
“Zal ik ze houden?” vraagt Elle Bandita halverwege de set in het Paard van Troje.
Het is een retorische vraag. Toch klinkt er vanuit de zaal een antwoord.
“Nee! Oprotten met die band. Maar jij mag blijven!”
Elle Bandita duldt geen tegenspraak en zoekt met afkeurende blik naar de grappenmaker. Een dergelijke blik van Elle Bandita is blijkbaar reden om van mening te veranderen.
“Vooruit ze mogen blijven, maar dan moeten ze wel gaan spelen.”
“Oké dan. Het volgende liedje gaat over neuken.”
Vier tellen later dendert de genadeloze bulldozerpop van Elle Bandita en haar mannen weer uit de speakers.
Elle Bandita


mij=Interview: Reinier. Foto's: Reinier
Je album Queen of Fools is door de pers overladen met lovende recensies en je bent ook al te gast geweest in De Wereld Draait Door. Gaat dit je doorbraak worden?
“Ik merk daar eigenlijk niet zo heel veel van, we staan nog niet voor uitverkochte zalen te spelen. Maar ik ben wel heel blij dat er veel positieve reacties zijn. Dat kon ik wel gebruiken na al die crap over de vorige plaat. Maar dit is dan ook totaal iets anders. Ik heb nu wel een album gemaakt waar ik 100% achter sta. De muziek die je hoort, dat ben ik gewoon. Ik had het natuurlijk wel kut gevonden als het album niet goed was ontvangen, maar aan de andere kant had ik me er ook niet zo veel bij voorgesteld. Mijn ervaring is dat als je iets verwacht, dat het meestal minder wordt dan je had gehoopt.”
Zo'n optreden in DWDD, zie je dat als erkenning voor waar je mee bezig bent?
“In zekere zin wel. Ik voelde het niet zozeer als erkenning van mij, maar meer als erkenning van de muziek. Wij zijn wel de hardste band die in DWDD heeft gestaan en daar ben ik wel een beetje trots op. Prime time en gewoon hard gespeeld.”
Maar desondanks nog geen uitverkochte zalen…
“De shows worden wel druk bezocht, maar we hebben nog maar een keer uitverkocht. In de Melkweg (tijdens de albumpresentatie) was het superdruk, al hadden we daar ook echt een grote gastenlijst. Maar goed, de reacties van het publiek zijn in ieder geval altijd goed, er staan wel mensen uit hun plaat te gaan. Dat merkten we op Noorderslag al dat het publiek het heel erg leuk vindt wat we doen. En dat is het belangrijkste.”
Maassluis
Ryanne van Dorst groeide op in Maassluis. Behalve de jaarlijkse bandjeswedstrijd gebeurde daar zo goed als niets op muzikaal gebied (“elke muziektoko die daar is verrezen, is gelijk weer ten onder gegaan”). Van huis uit groeide ze op met muziek van Gerard Joling, ABBA, Frank Boeijen en Doe Maar ( “m'n ouders houden wel van muziek, maar wel tot een bepaald niveau, zeg maar. Niet dat het white trash mensen zijn ofzo, ze zijn echt Jan en Janneke Modaal”).
Haar verdere muzikale opvoeding vond plaats in een platenzaakje waar ze als elfjarige naar gabberhouse kwam luisteren. Daar kreeg ze op een dag een album van Slayer te horen. Niet lang daarna werden de gabber-cd's weggepleurd, zoals Ryanne dat in goed Rotterdams weet uit te drukken. Via Slayer en Sepultura kwam ze uit bij Sonic Youth en Nirvana. Vooral de laatste band is van grote invloed geweest.
“De liedjes van Nirvana zijn echt de reden dat ik gitaar ben gaan spelen, zoiets wilde ik ook gaan doen. Die gitaarpartijen leven, die vertellen een verhaaltje en ik wilde ook verhaaltjes gaan vertellen. Ik wilde toen graag gitaar spelen en in een bandje zitten. Ik heb toen een akoestische gitaar te pakken gekregen en ik ben alles uit gaan zoeken.”
Elle Bandita
De eerste bandervaring deed Ryanne op met Coco Haely, een op Sonic Youth leest geschoeide band. In deze band deed ze veel ervaring op, maar na een tijdje hield ze het voor gezien. Enige tijd later kwam de gitariste terecht bij Bad Candy, een all-chick rockband uit de koker van Barry Hay. Echt doorbreken deed de band niet, ondanks een gesponsorde real-life soap op jeugdzender Nickelodeon. Ryanne had de band toen echter al verlaten.
Dat was op z'n minst een opmerkelijke stap, om na Coco Haely in een commerciële hitmachine te gaan spelen. Hoe is dat gegaan?
“Daar zat nog wel een tijdje tussen, maar het was inderdaad wel raar. Het is eigenlijk nog vreemder, want toen ik uit Coco Haely ben gestapt, ben ik nog heel erg de punk ingegaan. Ik heb in die tijd ook nog een tijdje rondgezworven door Europa. Toen ik weer terug kwam had ik helemaal niets. Ik was toen 16 of zo. Ik had geen baan en ik woonde min of meer bij m'n ouders thuis, want daar stonden al m'n spullen nog. Ik wist niet zo goed wat ik moest doen, maar ik wilde sowieso niet weer in de fokking tomaten gaan werken. Dat had ik m'n hele schooltijd al gedaan, tomaten, thuiszorg, chrysanten, komkommers… en toen kwam m'n moeder met die advertentie uit de krant. Er werden iemand gezocht die gitaar kon spelen en die het niet erg vond om wat make up op te krijgen. Dat vond ik niet erg en ik dacht, ik kan wel gitaar spelen, dus waarom zou ik het niet doen. Zodoende heb ik auditie gedaan.”
En van het een kwam het ander en voor je het wist was je onderdeel van een geoliede meidenband. Hoe kijk je terug op die periode?
“Tja. In het begin was het allemaal wel leuk en aardig, maar naarmate de tijd verstreek werd het wel steeds fascistischer. Daarom ben ik er op een gegeven moment uitgestapt. Ik kijk er zo ongeveer hetzelfde op terug als op m'n baantjes in de kassen. Behalve dan dat het internationaal was. Ik vond het wel heel leuk om een paar weken in Stockholm te zitten om een cd op te nemen, of om een videoclip in Londen op te nemen en een tour door Duitsland te doen. Dat was wel echt te gek.”
Toen ben je solo gegaan en ging je helemaal los.
“Ja, ik had toen wel wat frustratie die eruit moest, dat heb ik toen allemaal eruit gegooid. Ik had ook geen zin meer in dingen te organiseren en te regelen, of dingen volgens een strak protocol te doen. Daarom wilde ik het ook alleen doen. Ik had een synthesizer, een drumcomputer en een viersporen recorder en ik dacht, ik ga het gewoon doen. Tocado Records wilde het zelfs nog uitbrengen en op de een of andere rare manier sloeg het ook nog aan. Dat had ik helemaal niet verwacht en dat was helemaal niet de bedoeling erachter.”
Elle Bandita
Je had nog niet eerder solo gespeeld, had je al een duidelijk idee wat voor muziek je wilde gaan maken en hoe je verder wilde, muzikaal gezien?
“Nee, ik was in die tijd voornamelijk op m'n teksten gefocust. Ik wilde dingen zeggen en schreeuwen, over de muziek had ik niet nagedacht.”
Wat wilde je zeggen?
“Dat ik het zat was en dat ik een kuthekel had aan iedereen en alles. Dat was zo'n beetje wat ik wilde zeggen.”
Waar kwam dat vandaan?
“Tja. Gewoon… ik was ook heel jong hè. Jong, adolescent… Maar nu, ik ben wel wat positiever gaan denken over dingen. Af en toe ben ik nog steeds wel pissed off, maar ik probeer ook een beetje het vrolijke te omarmen en die kant van mij die ik… die een hoop mensen niet zouden durven laten zien. Bijvoorbeeld die melodramatische twinsolo's en poppy koortjes en dat soort gedoe. Dat wil ik wel graag verwerken in mijn muziek.
Waar word je dan allemaal pissed off van?
“Het dagelijks leven vooral. Naar de supermarkt gaan, van dat soort dingen word ik pissed off. Ik wil iemand die dat voor me doet. Dat ik de deur niet uit hoef. Daar ben ik pissed off over. Dat ik niemand heb om de boodschappen te doen. Ik maak wel schoon, ik hou van schoonmaken, dat vind ik echt leuk om te doen. Beetje dweilen, beetje stofzuigen, maar boodschappen doen heb ik echt een pleurishekel aan.
Live-reputatie
Niet lang nadat ze Bad Candy had verlaten, vulde Ryanne de opengevallen plek van gitariste in bij The Riplets. Maar Ryanne maakt ook nog als Elle Bandita de Nederlandse en buitenlandse podia onveilig en bouwt zo een beduchte live reputatie op, tot in Moskou aan toe.
“Ik heb een keer een show in Moskou gespeeld en ik kreeg daar echt een beetje het gevoel dat ik de fokking Che Guevara van de muziek was ofzo. Ik werd daar echt onthaald als een held en er stond een hele zaal vol met mensen die helemaal los gingen en bijna stonden te huilen, zo tof vonden ze het!”
Die reputatie had echter ook een schaduwzijde. Elle Bandita dreigde een karikatuur te worden en ze trok vooral publiek dat naar de shows kwam om de uitspattingen en niet voor de muziek.
“Het was best leuk, maar op een gegeven moment had ik het gewoon gehad dat mensen iets van me verwachtten. Dat ze niet eens naar de muziek luisterden of naar wat ik te zeggen had, maar dat het meer een soort freakshow was geworden. En dat was ik gewoon een beetje zat, omdat er wel een muzikant in mij zit.”
Word je belemmerd door die reputatie en het beeld dat mensen van je hebben, of valt dat mee?
“Ik merk wel tijdens de show dat mensen in het begin wel denken “Hé, dit is niet echt wat we dachten dat het was”, maar al gauw zien ze dat het veel beter is. En het is hun beeld, niet het mijne. Ik zeg niet dat ik helemaal weet wie ik zelf ben, maar het doet mij geen pijn als mensen iets over mij denken dat ik niet ben. Zodra ze dat op mij gaan projecteren, dan wel, dat vind ik niet leuk. Dat mensen naar een show komen en dat ze echt staan te wachten tot ik wat geks ga doen.
Elle Bandita
Hoe zit een goeie show van Elle Bandita in elkaar?
“Spanning, sensatie, volume, dynamiek en een goeie lichtshow is heel erg belangrijk en vooral de energie op het podium, dat is wel het meest belangrijk. De moeite die een band er in steekt. Als het samenspel helemaal goed is, dat is voor mij een grote kick. En als het publiek ook nog eens uit hun dak gaat, dan is het geniaal. Het is te gek om met deze band te spelen, het is 10 keer zo energiek, maar vooral 10 keer zo compleet. Het voelt echt als 'Hè hè, ik sta er'.”
Je hebt de band pas na de opnamen bij elkaar gebracht, het album heb je zo goed als zelf ingespeeld. Er staan wel gastbijdragen op van mensen als Joppe Molenaar (Voicst), Daan Schinkel (zZz) en Torre Florim (De Staat). Hoe heb je hen weten te strikken?
“Joppe is natuurlijk duidelijk, ik heb vorig jaar een tijdje bij Voicst gespeeld. Daan ken ik al sinds ik als Elle Bandita speel. zZz had in die tijd ook hun eerste plaat uit en ik ben ze vaak tegengekomen op festivals, dat klikte altijd en het was altijd heel erg leuk en gezellig. Toen bedacht ik me dat het wel leuk zou zijn om hem een orgelsolo op de plaat te laten inspelen. Torre ben ik via iemand aan voorgesteld en zo zijn we aan de praat geraakt. Ik had zijn muziek gehoord en die vond ik heel tof. Hij kende mijn muziek ook en hij vertelde dat hij misschien wel een leuke riff voor me had. Toen hij me dat liet horden dacht ik “Wow, dit is wel vet” en daar hebben we samen een nummer van gemaakt.”
Zou je de volgende keer weer op zo'n manier een album willen opnemen?
“Gedeeltelijk wel, ik vind het fijn om daar controle over te houden en ik vind het leuk om van alles een beetje te spelen. Maar ik vind het ook leuk om met mijn huidige band een paar tracks te schrijven en op te nemen.”
Tot slot, wat zijn de plannen voor de komende tijd?
“Ik hoop heel veel festivals te doen deze zomer. Een paar dingen zijn al geboekt, maar daar mag nog niets over naar buiten worden gebracht. Verder heel veel spelen, dat vind ik het leukst. De nieuwe Elle Bandita aan heel Nederland laten zien.”

Een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Terug naar boven